‘Wij artsen waren veel te lang in slaap gesust’

Kinderlongarts Noor Rikkers van het LUMC was een van de artsen die 3 september op de publieke tribune van de Tweede Kamer zaten, toen daar het Nationaal Preventieakkoord werd besproken.

Rikkers is fel tegen roken, maar het laatste wat ze wil, is rokers in het verdomhoekje zetten. ‘De eerste vraag die iemand krijgt na de diagnose longkanker is: heb je gerookt? Mensen denken: als je rookt, is longkanker je eigen schuld. Fout. De roker heeft geen schuld, die is verslaafd. De tabaksindustrie is schuldig.’

Woest op de tabaksindustrie
De kinderlongarts is woest op de tabaksindustrie. ‘Ze stoppen er vanille, suiker en cacao in om sigaretten lekkerder te maken voor kinderen. Antihoestmiddel zodat je niet meteen gaat hoesten. Ammoniak, dat zorgt dat de nicotine in zeven seconden je brein bereikt. Daardoor associeer je het genot van nicotine met wat je aan het doen bent: roken. Kinderen zijn binnen een maand verslaafd.’ Na een korte adempauze vervolgt ze: ‘Roken is net zo verslavend als  heroïne en cocaïne. Elk jaar sterven er in Nederland 60  baby’s rondom de geboorte, omdat hun moeder rookt tijdens de zwangerschap. Twee derde van de doorrokers overlijdt  aan de gevolgen van roken.’

‘Ik schrok me rot’
Je zou zeggen: artsen weten wel hoe slecht roken is, longartsen voorop. Maar dat viel lange tijd tegen. Rikkers: ‘Ook wij artsen hebben het veel te lang geaccepteerd. Roken was vroeger zo normaal, wij waren in slaap gesust. Menig  dokter rookte ook. Ik werd pas wakker toen ik in me er in 2014 in ging verdiepen. Ik schrok me rot. Ik ontdekte dat in Nederland toen elke dag honderd kinderen begonnen met dagelijks roken. Van degenen die doorroken, overlijdt meer dan de helft op termijn aan de gevolgen ervan. Dat werd mijn motivatie voor de strijd voor een rookvrije generatie.’

Dit is een onderdeel van mijn artikel Roken en de tabakslobby van vier kanten bekeken, verschenen op de nieuwssite van de Universiteit Leiden. Ook een lobbydeskundige, een psycholoog en een medisch bioloog geven hun visie. ‘Erken dat mensen behoeften hebben en daar iets mee moeten.’

Plaats een reactie